Broedvogels in het boerenland

1479 001g clo 07 nl


CompendiumVanDeLeefomgeving: "De broedvogels die kenmerkend zijn voor het agrarische gebied gaan in Nederland achteruit. Sinds 1990 is de "boerenlandvogel indicator" met ongeveer 30% gedaald (eerste tabblad). Deze indicator is de nationale variant van de "Farmland Bird Indicator" (FBI) van de Europese Unie. Voor de Nederlandse versie van deze indicator zijn 27 soorten gekozen die in Nederland voorkomen; 18 daarvan zijn in aantal achteruitgegaan, 6 zijn toegenomen en 3 zijn gelijk gebleven (zie hieronder de tabel met indexen van de individuele soorten). Sommige van de soorten die achteruit zijn gegaan, zoals de grauwe gors en kemphaan, waren ook in 1990 al zeldzaam. Maar ook veel algemenere soorten als grutto, kievit en scholekster verliezen flink terrein. Roodborsttapuit en putter zijn de soorten die het meest zijn toegenomen.

Ontwikkeling in de Europese Unie

De ontwikkeling van boerenlandvogels in de Europese Unie laat net als in Nederland een neerwaartse trend zien. Sinds 2004 lijkt het Europees minder slecht te gaan dan in Nederland.

Oorzaken achteruitgang Nederland

De achteruitgang van de boerenlandvogels komt vooral door het intensieve gebruik en beheer van bouw- en grasland. Veranderingen in gewaskeuze, bestrijdingsmiddelen-gebruik, mechanisering en schaalvergroting van de landbouw, hebben onder meer geleid tot veranderingen in de voedselsituatie, nestgelegenheid en kuikenoverleving en tot het verdwijnen van kleine landschapselementen als houtwallen en overhoekjes . Ook is broedgebied verloren gegaan door uitbreiding van steden en infrastructuur en door toename van wegverkeer. Afhankelijk van de biotoop-, gedrags- en voedselkeur van de vogels heeft dit verschillende effecten, maar voor het grootste deel van de soorten heeft dit negatieve gevolgen gehad. Het agrarisch natuurbeheer en de maatregelen die in het kader daarvan de afgelopen jaren zijn genomen, zoals akkerrandenbeheer en nestbescherming, hebben deze achteruitgang niet kunnen stoppen.”

Vogelbescherming: "Vogelbescherming Nederland is bezorgd over de effecten op natuur en landschap van de mestplannen van staatssecretaris Dijksma voor de melkveehouderij. Het systeem van verhandelbare fosfaatrechten dat zij voorstelt zal leiden tot verdere intensivering van de melkveehouderij en minder weidevogels. Boeren die nu rekening houden met de natuur worden de dupe."


VrijNederland: "Het verhaal gaat over de intensivering van de landbouw en de funeste gevolgen daarvan voor de grutto-populatie in Nederland. De grutto mag dan wel door het dagblad Trouw zijn uitverkozen zijn tot ‘vogel des vaderlands’,  sinds 1960 is de populatie met 90 procent afgenomen.

‘Ik weet wat jullie denken: móói hier,’ zegt Piersma. ‘Maar ik weet hoe het vroeger was, wat we kwijt zijn geraakt. Het stikte hier van de vogels en de insecten. De velden stonden vol bloemen. Daar is bijna niets van over. En ik maak me grote zorgen dat wat er nu nog is, ook verloren zal gaan.’

Hoewel het er in stadse ogen nog best idyllisch uitziet, is het volgens Piersma in feite een industrielandschap. ‘Alles is groen,’ zegt hij. ‘Gifgroen. Overal staat hetzelfde Engelse raaigras. Dat is eiwitrijk, en zorgt ervoor dat de koeien nog meer melk geven. Maar het is een monocultuur, er groeit niks anders meer.’

‘Vroeger hoorde je hier sprinkhanen, maar die zijn uitgestorven. In de weilanden zitten geen vlinders meer, geen grote insecten. Hun larven zorgden voor het verteren van het organische materiaal. Nu is de bodem levenloos, volgepompt met stikstof en fosfaten, omdat de boeren maar blijven bemesten. Daar bestaat een woord voor: een riool.’

‘Vijfentachtig procent van de grutto’s broedt alleen in Nederland,’ zegt Piersma. ‘Dit is ónze vogel. En als hij uitsterft, is het dus onze schuld.’”

Het hele artikel is hier te lezen.

In zijn boek Wijsgeer in het Wild heeft J0han van de Gronden een paar leesbare stukjes geschreven, onder andere Boeren in Idzinga, Over grutto’s, melk en gras.

“Volgens mij is de grutto de kanarie in de kolenmijn van de intensieve melkveehouderij."

shot 1073

De dode festivalakkers van Spaarnwoude

En er zijn natuurlijk ook de festivals die juist in het broedseizoen de vogels verjagen en de nesten verstoren. Spaarnwoude is zo’n natuurgebied waar je nauwelijks nog watervogels of andere vogels aantreft. Het wordt volledig kapotgefestivald. Daar komt nog bij dat het hele veengebied van het Groene Hart aan het dalen is. In de gebieden waar intensieve festivals gehouden worden is de inklinking van de bodem nog groter. Dat heeft voordelen en nadelen. Een nat veengebied kan mooie natuur en biodiversiteit opleveren. Maar de kosten voor woningbouw en drooghouden van woongebieden nemen drastisch toe. Oplossing: woningbouwstop. Er is nog ruimte genoeg in Almere. De organisatoren van festivals zullen flink moeten bijdragen aan de herstelkosten om het inklinken van parken tegen te gaan. Met andere woorden, we hebben te maken met een zeer complex probleem. Ik zie dit en komende kabinetten nog niet afstevenen op een goede oplossing. Men draaft door, steeds meer woningen, steeds meer festivals, steeds meer verdichting van de grond, steeds meer verdichting van steden. Wie boven in een flat woont, houdt zijn voeten wel droog. En laat genoeg weidegronden maar nat staan voor de broodnodige biodiversiteit.

shot 1074


PlanbureauVoorDeLeefomgeving: "Het Groene Hart is een woon-, recreatie- en leefgebied van de Randstad met belangrijke cultuurhistorie en natuur. Bij ongewijzigd beleid nemen de maatschappelijke kosten echter toe omdat de veenbodem blijft dalen. Daarnaast  veroorzaakt veenoxidatie meer dan 1% van de landelijke CO2 uitstoot en is het veenlandschap kwetsbaar door verstedelijking en intensieve landbouw. In deze studie heeft het PBL een overzicht gemaakt van de opgaven en kansen. Combinaties van oplossingen lijken voor de beste effecten te zorgen.”

shot 1075
© 2015