De teloorgang van onze omgeving

bovenbazen med

Wie met de auto door Nederland rijdt ziet een heel ander landschap dan dat dat je vanuit een trein of je fiets ziet. Soms lijkt het alsof Nederland hoofdzakelijk bestaat uit rotondes, af- en opritten en als je het stedelijk gebied inkomt uit flats, flats en nog meer flats. Dat is dan geen landschap meer, maar een schandlap. Het overbevolkte Nederland staat nu weer voor een dreigende aantasting van wat er nog overblijft aan ruimte, omgeving en landschap. Het platteland is chemisch vervuild en de schaarse groengebieden lijken de toenemende druk te moeten opvangen. Een druk die overigens kunstmatig op de spits is gedreven, onder andere door toenemende landbouw en immigratiedruk, welke laatste voor een deel gedreven wordt door de globalisering die ook manu militari - dus door oorlog - gebieden met veel grondstoffen in wil lijven in het neoliberale universum. Het gevolg is verdrijving van miljoenen mensen uit hun land door oorlog en van buiten aangedreven burgeroorlogen. Geen wonder dat er dan een hoge immigratiedruk ontstaat. Elk mens wil tenslotte in vrede in een leefbare omgeving leven. De eerste voorwaarde voor een leefbare aarde is stoppen met oorlog voeren. Daarbij komt nog fair trade. Maar dat zal niet lukken in een neoliberale wereld.
Maak je borst maar nat. De verstedelijking zal alleen maar toenemen. En in een neoliberale maatschappij wordt dat aangemerkt als ‘maatschappelijke winst’. Natuurgebieden worden gezien als 'negatieve bouw- en exploitatiewaarde’ die aangeboord moet worden.

Rijksoverheid: "Verstedelijking is motor voor maatschappelijke winst
De krapte op de woningmarkt is groot. Tot 2040 zal er een miljoen huizen gebouwd moeten worden, elk jaar gemiddeld 50.000. Het debat over de vraag waar we deze woningen moeten bouwen, is fel.

Het Dashboard Verstedelijking maakt zichtbaar hoe de keuzes in verstedelijking doorwerken in andere actuele maatschappelijke kwesties, zoals economische vitaliteit, duurzaam ruimtegebruik, bereikbaarheid van werk, CO2-uitstoot, versnellen van energietransitie en leefbaarheid van bestaande wijken.
De eerste ‘testrun’ van het Dashboard is gedaan voor de Metropoolregio Amsterdam, waar 250.000 woningen gepland staan, aan de hand van drie verstedelijkingsmodellen, waarbij de randen van het debat over verstedelijking zijn opgezocht en onderling worden vergeleken."

clips 4850

Federatie Ruimtelijke Kwaliteit: "De Europese Commissie wil dat er in 2050 nagenoeg geen onbebouwd land meer verloren gaat aan infra of bouw. Diverse lidstaten hebben al plannen gesmeed. In Nederland lijkt dit Europees voornemen onbekend.

Het verlies aan open ruimte en de onomkeerbare schade aan ecosystemen als gevolg van verstedelijking en versnippering van het landschap is groot in Europa. De Beneluxlanden spannen de kroon, blijkt uit cijfers van de European Environment Agency.
Nederland, België en Luxemburg behoren tot de meest versnipperde landen van Europa. Luxemburg staat op de eerste plaats met een grondgebied dat voor 93 procent hogelijk versnipperd is. In België geldt dat voor 80 procent, in Nederland voor 67 procent.
De toenemende druk van verstedelijking en infrastructuur wordt in landen als Ierland en Schotland veel minder gevoeld (35 procent).

Ook op platteland
De fragmentatie is het hoogst rondom grote stedelijke centra en belangrijke vervoer-corridors. Maar zorgelijker voor Nederland is dat ook vijftig procent van de spaarzaam bewoonde gebieden onder grote druk staan van versnippering.

Olievlek
Sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw is het totale oppervlak van de Europese steden met 78 procent gestegen, terwijl de bevolking slechts met 33 procent toenam. Urban sprawl, zoals de olievlek van verstedelijking genoemd wordt, gaat vaak gewoon door, terwijl de bevolking krimpt. Jaarlijks verdwijnt een gebied zo groot als Berlijn (1000 km2) aan natuur en landbouwgrond.

In het licht van het enorme verlies aan open ruimte en vruchtbaar land en de onomkeerbare schade aan het ecosysteem door verharding van bodem, besloot de Europese Commissie een doel te stellen: in 2050 moet er een ‘no net land take’ bereikt zijn. Het streven is uiteengezet in de Future Brief ‘No net land take by 2050?’, uit april 2016, Science for Environmental Policy.

Dashboard Verstedelijking
Verdichting is ook een van de speerpunten in het programma van het College van rijksadviseurs. Een van hun conclusies is dat er in weerwil van de stellige overtuiging van projectontwikkelaars, genoeg plancapaciteit is. In ieder geval voor de 250.000 woningen in de Metropool Regio Amsterdam, die zij als casus hebben onderzocht. Er is zelfs een overschot. Interessant is ook hun conclusie waar het gaat om duurzaam ruimtegebruik.
Hoewel de ontwikkeling van brown- en greyfields (oude industrie- en bedrijventerreinen) hogere kosten vergt, zijn de opbrengsten en het (eind)saldo van deze investeringen hoger dan in greenfieldplannen.”

Gebiedsontwikkeling: "Wijziging wet funest voor omgevingskwaliteit

Het kabinet stelt ingrijpende wijzigingen voor in de Omgevingswet. Die betekenen een fors risico voor het hoofddoel van de wet, namelijk het verbeteren van de omgevingskwaliteit. Die conclusie trekt de Federatie Ruimtelijke Kwaliteit na bestudering van de zogenaamde Invoeringswet, die dit najaar door de Tweede Kamer behandeld zal worden.

De Omgevingswet wordt in 2021 van kracht; gemeenten krijgen tot 2029 de tijd om hun lokale beleidsinstrumentarium geheel aan de wet aan te passen. Erfgoedverordeningen en welstandsnota’s verdwijnen: ze worden opgenomen in het gemeentelijke omgevingsplan. De Invoeringswet regelt onder meer een geleidelijke overgang van het huidige sectorale stelsel naar het nieuwe integrale stelsel.

Daar is niets mis mee. Wanneer alle aspecten die een rol (kunnen) spelen bij een investering in de fysieke leefomgeving worden meegewogen, kan optimale omgevingskwaliteit ontstaan. De belangen van omwonenden, van het milieu, van duurzaamheid en van ruimtelijke kwaliteit kunnen een rol spelen, maar ook thema’s als sociale veiligheid, leefbaarheid en bereikbaarheid. Doordat de Omgevingswet veel nadruk legt op integrale planvorming en afweging van alle belangen, zijn de voorwaarden aanwezig om met een goed ontwerp ook een goede omgevingskwaliteit tot stand te brengen.

Exit hoofddoel van de wet

Maar de Invoeringswet breekt met die integrale afweging. De vergunning voor het tot stand brengen van een bouwwerk wordt in dit wetsvoorstel in onderdelen opgeknipt. Een initiatiefnemer kan eerst een vergunning aanvragen voor het voldoen aan de bouwtechnische eisen. Die vergunning kan niet worden geweigerd , als aan de eisen wordt voldaan. Pas als hij de technische bouwvergunning op zak heeft, vraagt de indiener vergunning aan voor de ruimtelijke kwaliteitseisen. 

Een gemeente die in zijn omgevingsplan open normen heeft opgenomen, om een optimale afweging tussen de verschillende belangen te bereiken en om te bevorderen dat een private investering de hele gemeenschap ten goede komt, heeft nu het nakijken. Als de wenselijke integrale omgevingskwaliteit te maken heeft met schoonheid, met erfgoed, met duurzaamheid, met klimaatambities, dan kan dat niet zonder gevolgen blijven voor de toegepaste materialen, installaties en daarmee voor de bouwtechniek. Omdat de technische vergunning al is verleend heeft een gemeente nog maar twee opties: geen vergunning voor de ruimtelijke aspecten, of het inslikken van de kwaliteitswensen. Een aanpassing van het plan in het belang van een ‘goede omgevingskwaliteit’ is in dat stadium niet meer mogelijk. Exit hoofddoel van de wet!

De Federatie heeft in een brief aan de Tweede Kamerleden gevraagd om terug te keren op het pad van integrale afweging.
Het is opmerkelijk dat de Omgevingswet, die tot doel heeft een veilige en gezonde leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit te bevorderen, in de wet zelf en in de onderliggende regels alleen veiligheid en gezondheid als rijkstaak beschouwt. De verantwoordelijkheid voor een goede omgevingskwaliteit is geheel bij de gemeenten gelegd, zonder één enkele specifieke eis of norm die garandeert dat gemeenten daar inderdaad werk van maken. Alleen voor rijksmonumenten en werelderfgoed gelden kwaliteitsregels.

Voor een omgevingsvergunning is straks een advies gewenst van deskundigen (welstand, erfgoed, GGD, MER, brandweer etc). De initiatiefnemer moet daarnaast de omwonenden raadplegen en zo mogelijk hun belangen in zijn plan verwerken. In een aantal gevallen moet ook de gemeenteraad nog een advies geven over de vraag of het initiatief niet in strijd is met het algemeen belang. Wanneer deze drie adviestrajecten niet gecombineerd worden in een transparant en openbaar proces, dan is het resultaat een grote frustratie bij alle partijen. Dan krijgen omwonenden te horen dat hun moeizaam bevochten voorstellen in strijd zijn met afspraken op een hoger schaalniveau of met eisen van de brandweer."

EuropeanEnvironmentAgency: "Large parts of Europe are highly fragmented because of transport infrastructure and urban expansion."

EEA: "Land degradation and taking land for urban development threaten critical ecosystem services, including provision of food and water, climate regulation and recreation. A new report, by the European Environment Agency (EEA), shows how land recycling, such as reusing neglected sites and turning roads or parking lots to green spaces or residential areas, can have positive impacts on the environment and support Europe’s transition towards a circular and green economy.

clips 4849

Omgevingswet: Invoeringsbesluit open voor consultatie

RuimtelijkeKwaliteit: "Welstandsadvisering in Nederland

In het belang van de kwaliteit van de woon-, leef- en werkomgeving is aan de gemeente een zorgplicht toebedeeld. De gemeente heeft de wettelijke taak om te zorgen voor een goede omgevingskwaliteit, dat wil zeggen voor een leefomgeving die veilig, gezond en aantrekkelijk is. Dat is in het belang van de burgers: er is zorg voor hun welzijn (gezond en veilig) als voor hun welvaart, omdat een goede omgevingskwaliteit verloedering voorkomt, en daarmee waardeverlies van de afzonderlijke gebouwen."

© Natuurbescherming ZO 2015