Het icarusblauwtje (Polyommatus icarus) is een dagvlinder uit de familie Lycaenidae, de kleine pages, vuurvlinders en blauwtjes. Een flink deel van de vrouwtjes zijn van boven bruingekleurd met oranje vlekjes. Daardoor worden deze vrouwtjes soms aangezien voor bruin blauwtjes. De bovenkant van de vleugels is bij het mannetje blauw en bij het vrouwtje bruin. Sommige vrouwtjes hebben een sterke blauwe bestuiving, maar er komen ook zuiver bruine vrouwtjes voor. De franje is niet geblokt maar zuiver wit. De vlekken op de onderkant van de voor- en de achtervleugel zijn even groot. Op de onderkant van de voorvleugel bevinden zich twee wortelvlekken, waarmee deze soort van alle verwante soorten is te onderscheiden. Vaak is de onderkant van de vleugels bij de vleugelwortel blauw bestoven.
Het icarusblauwtje komt algemeen voor in heel Europa, op droge schrale graslanden tot matig vochtige steppe. Ook in Nederland en België is de vlinder zeer algemeen. In 2005 is de soort voor het eerst ook in Noord-Amerika gevonden, in de buurt van Mirabel in de Canadese Provincie Québec.
De vliegtijd is van april tot en met oktober. De rups overwintert.
Waarnemingen van feitelijke ei-afzetting zijn vrij spaarzaam. De eitjes worden tussen de bovenste bladeren op de jonge nog niet bloeiende planten van gewone rolklaver afgezet.
De rupsen worden gevonden op diverse planten uit de Vlinderbloemenfamilie als sikkelklaver (Medicago falcata), hopklaver (Medicago lupulina), kleine klaver (Trifolium dubium), gewone rolklaver (Lotus corniculatus), moerasrolklaver (Lotus uliginosus), paardenhoefklaver (Hippocrepis comosa), Coronilla varia, kattendoorn (Ononis spinosa) en kruipend stalkruid (Ononis repens). De jonge rupsen mineren.