Het gewoon elfenbankje (Trametes versicolor, synoniemen: Coriolus versicolor en Polyporus versicolor) is een paddenstoel. Het elfenbankje groeit het hele jaar en is een zeer algemene eenjarige saprofyt op stronken en takken van loofbomen. Het komt soms ook op de spar voor. De vruchtlichamen groeien aan één zijde van de stronk of tak.
Het gewoon elfenbankje groeit dakpansgewijs in groepjes en heeft een witte rand met daarbinnen verschillend gekleurde zones: wit, beige, okergeel, (rood)bruin, grijs, blauw of zwartachtig. De stevige, waaiervormige hoeden zijn 3-8 cm groot en meestal niet dikker dan 2 mm. De poriën bestaan uit zeer kleine buisjes (drie tot vijf per mm), die witachtig tot crème-achtig of gelig van kleur zijn. De sporen hebben de vorm van een knakworstje en zijn wit tot bleekgeel en 4-6 x 1,5-2,5 µm groot.
Het gewoon elfenbankje helpt mee met het afbreken van de afgevallen bladeren in het bos.
Ook wordt deze schimmel in de biotechnologie veel gebruikt voor de productie van laccase, een lignine afbrekend product welke vaak in de papierindustrie gebruikt wordt voor de bleking.