Een paar weken geleden, eind januari, toen de sneeuw gesmolten was en het zonnetje zich weer liet zien, merkte ik dat de pimpelmezen in mijn tuin heel actief begonnen te worden. In de herfst van vorig jaar had ik het nest uit het vogelhuisje gehaald zoals gebruikelijk. Het verbaast mij telkens hoe zacht zo'n nest is. Maar ik had geen idee van welk materiaal ze dat nest maakten; het was geen gras, geen takjes, geen bamboesnippers. Een paar weken geleden zag ik de pimpelmezen bezig, en ineens begreep ik waar ze hun nestmateriaal vandaan haalden. Ze strippen de groene takjes van mijn rozenstruik in heel fijne, buigzame strookjes door het takje aan te pikken, dan met een los eind in het snaveltje of de pootjes rond het takje te tuimelen en zo de bast er af te strippen. Ingenieus, maar wel veel werk. De rozenstruik was oorspronkelijk een prachtige rode hybride gestekt op een oersterke oude roos. Maar er kwam maar één bloem op. Toen besloot ik de oorspronkelijke roos maar uit te laten schieten; de vele dunne takken zijn ideaal voor kleine vogels. Bekijk zelf hoe de pimpelmezen het materiaal voor hun nest verzamelen.
Eksters zijn ook al actief met het verzamelen van takjes. Ze hakken ze van de dikkere takken af en vliegen er dan mee naar hun verzamelpunt. Dat is het grovere werk, want ook een groter nest. Soms zie je ze ook mislukken in hun pogingen een nest te bouwen, vooral als het winderig weer is en de takken van de boom te veel heen en weer zwiepen. Maar het is nog vroeg in het jaar. Ze kunnen nog wat experimenteren.
Eksters schuilend voor de regen vandaag.