Trouw: "De verduurzaming van de Europese landbouw, een van de belangrijkste nieuwe elementen van het EU-landbouwbeleid, stelt nog niets voor. Dat blijkt uit twee aparte studies die zijn gepresenteerd onder de vlag van het Europese Milieubureau (EEB), de koepel van 143 organisaties in de Europese Unie.
Het gemeenschappelijke landbouwbeleid slokt bijna 40 procent van het EU-budget op en is al decennialang omstreden, vooral vanwege het subsidiesysteem. Tijdens de onderhandelingen over de nieuwe afspraken voor de periode 2014-2020 wist de landbouwlobby de kern van dat beleid overeind te houden. Maar als tegenprestatie moest de sector wel beloven werk te maken van 'vergroening’.
Het akkoord hierover gold in 2013 als een doorbraak. Toenmalig staatssecretaris Sharon Dijksma van landbouw sprak van 'een belangrijke trendbreuk': eindelijk zou de Europese landbouw duurzaam worden.
Nu blijkt dat veel bij het oude is gebleven. Soms is zelfs sprake van een achteruitgang vergeleken met de vorige periode van zeven jaar, met name in Frankrijk.
Mazen in de wet
Uit onderzoek van het Instituut voor Europees Milieubeleid (IEEP) blijkt dat lidstaten zich op alle mogelijke manieren proberen te onttrekken aan het vergroenen van de landbouw door de mazen in de wet op te zoeken. Bij de landelijke invoering van de Europese richtlijnen hebben de lidstaten, ook Nederland, allerlei alternatieve maatregelen ingebouwd.
Resultaat is volgens het IEEP dat de landbouwsector de makkelijkste duurzaamheidsvoorwaarden kiest om het subsidiegeld binnen te slepen. Hun nationale autoriteiten staan dat toe.
Een van de vergroeningsafspraken is dat een deel van de landbouwgrond moet worden bestemd voor natuurbescherming. Oorspronkelijk had de Europese Commissie voorgesteld dat 7 procent van de akkers moet dienen als zogeheten ecologisch aandachtsgebied. In het akkoord dat lidstaten en het Europees Parlement in 2013 sloten, was dat al teruggebracht tot 5 procent. Na grondig onderzoek in negen lidstaten, waaronder Nederland, constateert het IEEP dat niet meer dan 1 à 2 procent aan de voorwaarden voldoet.
Bedroevende biodiversiteit
Het andere (veld)onderzoek van het Duitse Instituut voor Agrarische Ecologie en Biodiversiteit (IFAB) toont aan dat het bedroevend is gesteld met de biodiversiteit op de Europese landbouwakkers, soms zelfs slechter dan verwacht. Slechts in minder dan 5 procent van de onderzochte gebieden in tien landen was sprake van een aanvaardbare graad van diversiteit aan bijvoorbeeld wilde planten. De onderzoekers troffen ook het gebruik van verboden bestrijdingsmiddelen aan.
"Ondanks de verschrikkelijke staat van de natuur op Europese landbouwgronden toont dit onderzoek aan dat vergroening niets meer is dan een modewoord dat op papier staat, maar grijs wordt op onze velden", aldus beleidsadviseur Faustine Bas-Defossez van het EEB.”
Zie ook hier.
WNF - Living Planet Report: "Op het land staat de natuur nog onverminderd onder druk, vooral door de intensieve landbouw. Ook in de zogeheten ‘open’ natuurgebieden, zoals duinen en heidelandschap zien we een sterke achteruitgang van de natuur.
Het Living Blue Planet Report (pdf) brengt de gezondheid van het zeeleven in kaart. Het leven in de oceanen is de afgelopen 40 jaar alarmerend afgenomen.
Het Living Planet Report 2014 laat zien dat de populaties wilde dieren op aarde de afgelopen veertig jaar wereldwijd met gemiddeld 52 procent zijn afgenomen.”
Natuurbericht: "Er was hoop toen een paar jaar geleden besloten werd om in het nieuwe landbouwbeleid van Europa meer ruimte te maken voor natuur. Er was zelfs sprake van dat, om in aanmerking te komen voor subsidie, 7 procent van het areaal een natuurbestemming zou moeten krijgen. Inmiddels blijkt in de praktijk dat dit percentage slechts 1 tot 2 procent bedraagt en bovendien is de manier waarop die snippers kunnen worden beheerd nauwelijks meer natuurvriendelijk te noemen. Kortom, de vele honderden miljarden euro’s die door Europa in de landbouw worden gestoken, meer dan 50 miljard per jaar, blijken voor de biodiversiteit weggegooid geld.
De Nederlandse overheid moet niet klakkeloos het minimale Europese beleid volgen of, zoals nu gebeurt, daar zelfs nog proberen onder te gaan zitten, maar kan beter werk maken van een gezonde landbouw met ruimte voor biodiversiteit! Een mooie uitdaging voor de nieuwe staatssecretaris Martijn van Dam!"
Het creëren van mazen in de wet is ook het doel van dit kabinet. Alles staat in dit land in het teken van winst en ondernemen. Niet voor niets zijn natuur en biodiversiteit ondergebracht in het Ministerie van Economische Zaken. De natuur is vogelvrij. Als er winst te maken is met natuur dan is alles toegestaan, en indien niet, dan zorgt dit kabinet er wel voor dat de wet zodanig veranderd wordt dat overal ontheffingen voor mogelijk zijn en de natuurliefhebbers en -verenigingen uitgeschakeld worden. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland promoot volgens eigen zeggen de duurzaamheid. Men denkt daarbij hoofdzakelijk aan geld, aan subsidies die naar de agrarische sector wegvloeien. Een overtreding van de Flora- en faunawet moet gemeld worden bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Daar heeft u als gewone burger geen schijn van kans om een klacht behandeld te krijgen over het maaien van beschermde planten in het Gaasperpark door Groengebied Amstelland ten behoeve van Amsterdam Open Air. Weg zorgplicht, weg bescherming van EHS, natuur en biodiversiteit. Op zijn best krijgt GGA een waarschuwing, maar kan verder zijn gang gaan als een in feite criminele organisatie.
De overheid dwingt natuurorganisaties tot het commercialiseren van hun beleid door het drastisch verminderen van hun overheidssubsidies. Van natuurbeheer naar ondernemen; overal evenementen en festivals. De schade aan onze natuur zal over een paar jaar niet te overzien zijn. De kosten voor herstel zullen pas dan zichtbaar worden. Intussen gaat men door met het propageren van verdienmodellen en het verkopen en privatiseren van natuurgebieden.
De Provincie Noord-Holland geeft een impuls van 173 miljoen euro aan groen en beweert de provincie "Er wordt volop ingezet op de realisatie van het Natuurnetwerk Nederland (NNN)”. Maar de stad Amsterdam negeert met zijn Agenda Groen nog steeds de EHS (NNN) en wordt alles in het werk gesteld om de NNN te ondermijnen. Vloeit dit geld misschien naar projecten die evenementen moeten faciliteren? De evenementenindustrie schijnt geld in het laatje te brengen (beweert men, zonder dit waar te maken) en krijgt dus vrije baan. De natuur is bijzaak, de coulisse, het decor voor evenementen en commercie. En om mee te mogen doen met de grote politiek is de oppositie maar al te graag bereid om water in haar ecowijn te doen en de natuur op te offeren voor bijvoorbeeld een kaboutertuintje in de stad.
Waar er nog mogelijkheden in de wet zijn die de overheid beperken in haar macht wordt alles gedaan aan het wijzigen van de wetten. Daar is men nu druk mee bezig. De Flora- en faunawet wordt vervangen. De omgevingswet gaat op de schop. De nieuwe natuurwet, de wet natuurbescherming (allemaal onder de paraplu van bescherming natuurlijk), is een grote stap achteruit.
Gebiedsontwikkeling: “‘De uitzondering is de nieuwe regel’
Met slechts twee kleine partijen tegen, stemde de Tweede Kamer dit najaar in met het wetsvoorstel Omgevingswet van de Minister van Infrastructuur en Milieu. De wet bundelt, vereenvoudigt en integreert bestaande wetgeving op gebied van ruimtelijke ordening, bouwen, milieu, natuur, erfgoed en meer.
Op de drukbezochte vierde editie van het Congres Omgevingswet, georganiseerd door de Praktijkleerstoel Gebiedsontwikkeling TU Delft, werd over de nadere invulling en praktische werking van de wet gesproken. Voor prof. mr. Friso de Zeeuw (praktijkhoogleraar Gebiedsontwikkeling TU Delft en directeur Nieuwe Markten BPD) is de essentie van de Omgevingswet: ‘De uitzondering is de nieuwe regel.’ Als een initiatief of project past in de omgevingsvisie en er zijn verder geen belemmeringen, dan kan het gemeentebestuur het omgevingsplan makkelijk aanpassen. Het omgevingsplan (de vervanger van het bestemmingsplan) is volgend. ’Zo wordt planafwijking de nieuwe regel. We komen uit een cultuur dat afwijking toch een beetje planologisch overspel was; dat wordt met de Omgevingswet definitief echt anders.’”
De nieuwe omgevingswet moet een neoliberale heilstaat mogelijk maken; het geld regeert. Bouwprojecten starten en evenementen zullen vanzelfsprekend opgevat worden als noodzakelijke projecten waarvoor natuur moet wijken. Er zal dus heel wat geprocedeerd worden de komende jaren, tot in de Raad van State, want onze overheid is bijzonder handig in ondernemen naar niet in beheren. Natuur telt sowieso niet echt mee. Zoveel mogelijk artikels met beschermende werking zullen verdwijnen en waar niet daar zal altijd de mogelijkheid van een ontheffing bestaan.
Ondertussen doet Amsterdam met zijn evenementenbeleid nog een schepje bovenop de bodemdaling van onze veenweidegebieden. De redenering daarbij is dat onze bodem toch al door natuurlijke oorzaken steeds verder wegzakt, en dat dus daarom nog wat meer druk op de bodem door grote evenementen best te billijken is. Onverantwoord bestuur heet dat. Kortzichtig winstdenken. Après nous, le déluge. Na ons de zondvloed! Intussen zoveel mogelijk feest vieren. In Amsterdam verzuipen onze parken. De stad klinkt in. Daarbij komt dan nog de klimaatverandering vooral op het platteland waar van verdroging sprake is door landbouwbeleid en ook inklinking van de bodem. Een complex probleem dus.
WageningenUR: "De veenbodems in het westen en noorden van het land dalen steeds verder, met name als gevolg van ontwatering voor de landbouw. De combinatie bodemdaling en zeespiegelstijging leidt tot sterk verhoogde risico’s op overstromingen, met een schadepost die kan oplopen tot tientallen miljarden euro’s.”