BinnenlandsBestuur: "Natuur blijft in Nederland zorgenkindje
Nederland heeft de meeste doelen gehaald op het gebied van economie en mobiliteit. Maar intussen bleef het natuurherstel achter, steeg het aantal verkeersongevallen en nam ook de woningbouw in nationale landschappen meer dan evenredig toe.
Tweejaarlijkse monitor
Dat blijkt uit de nieuwe Monitor Infrastructuur en Ruimte 2018, die tweejaarlijks door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) wordt samengesteld.
Doelstellingen gehaald
Het planbureau
concludeert dat de doelstellingen uit de Structuurvisie Infrastructuur
en Ruimte (SVIR) grotendeels zijn gehaald. De concurrentiekracht van de
stedelijke regio’s werd de afgelopen jaren versterkt. Het aanbod van de
infrastructuur is vergroot en het autosnelwegennet werd zodanig
uitgebreid dat de verkeerscongestie, ondanks de voortschrijdende
bevolkingsgroei, in de periode 2000-2016 niet is toegenomen.
Ver achter bij hernieuwbare energie
Maar in de
monitor wordt ook de keerzijde aangehaald: dat Nederland veel doelen op
het gebied van duurzaamheid, natuur en water niet haalt. Het gaat dan om
hernieuwbare energie, waterveiligheid, natuur en om natuurgerichte
milieu- en waterdoelen. ‘Nederland is van alle Europese landen het verst
verwijderd van de Europees afgesproken doelstelling voor hernieuwbare
energie.’ Het aandeel van 14 procent duurzaam in de totale
energieopwekking in 2020 is volgens het PBL nog ‘ver van doel’.
Hetzelfde oordeel velt het PBL over de windenergie op land en op zee.
Natuur onder druk
De meeste rode uitroeptekens
plaatste het PBL echter in de categorie ‘overleven flora en fauna’. Met
bedreigde plant- en diersoorten gaat het in Nederland bepaald nog niet
beter. ‘De stijging in zowel het aantal bedreigde soorten als de mate
van bedreiging in 2017 laat zien dat eerder licht herstel nog niet
bestendig is.’ En: ‘Driekwart van de Europees beschermde soorten (en
bijna alle habitattypen) hebben een zeer ongunstige tot matig ongunstige
staat van instandhouding.’ Ook wordt geconcludeerd dat ‘de
milieukwaliteit van leefgebieden voor veel soorten nog onvoldoende is’
en mist de ruimtelijke samenhang binnen het natuurnetwerk. Sterker: ‘De
ontsnippering is ver van doel.’"
PBL: "Klimaat en landbouw in beslissende fase
Zowel het klimaat- als het landbouwbeleid is in een beslissende fase beland, zo concludeert het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in de Balans van de Leefomgeving 2018. De opgaven voor de leefomgeving blijven groot. Nederland kent een te hoge uitstoot van broeikasgassen om aan de klimaatdoelstellingen te kunnen voldoen, delen van de landbouw lopen hard tegen maatschappelijke en ecologische grenzen aan en de biodiversiteit staat sterk onder druk. Er moet nú worden doorgepakt: Nederland moet op de schop.”
Balans van de Leefomgeving: "Uit het oogpunt van de volksgezondheid zijn er nog flinke opgaven voor leefomgevingsbeleid. Dat geldt voor de meer traditionele bescherming tegen omgevingsbedreigingen, zoals luchtverontreiniging, geluidshinder en de effecten van klimaatverandering.
De gemiddelde kwaliteit van de Nederlandse natuur, op land en in zoetwater, is jarenlang achteruitgegaan; dat proces is inmiddels gekeerd. Van bestendig herstel is echter nog geen sprake. In het agrarische gebied is de trend bijvoorbeeld nog negatief. De ruimtelijke, water- en milieucondities voor natuur zijn landelijk nog onvoldoende om de binnen Europa afgesproken natuurdoelen te bereiken.
Burgers spelen, samen met maatschappelijke organisaties, een belangrijke rol in de bescherming en het behoud van bestaande natuur en biodiversiteit. Het gaat daarbij om actieve soortbescherming, gegevensverzameling door vrijwilligers en particulier beheer van delen van het Natuurnetwerk Nederland. Dat de betrokkenheid van de samenleving bij natuur zich verbreedt, biedt mogelijk ook kansen voor bijdragen aan doelen in andere beleidsdossiers zoals klimaat, gezondheid en sociale cohesie.
IPBES, een VN-platform voor biodiversiteit vergelijkbaar met het IPCC voor klimaat, noemt de achteruitgang van de biodiversiteit een groot gevaar voor de toekomst van de mensheid (IPBES 2018). Het probleem betreft niet alleen biodiversiteitsverlies door achteruitgang van soorten en ecosystemen. Ook het ‘natuurlijk kapitaal’, de goederen en diensten die de natuur aan mensen biedt in de vorm van bijvoorbeeld voedsel en groene recreatiegebieden, staat zowel mondiaal, Europees als op nationaal niveau onder druk. Illustratief hiervoor is de wereldwijde achteruitgang van wilde bestuivers van voedselgewassen zoals bijensoorten, die ook in Nederland speelt (IPBES 2016).
Er is nog een lange weg te gaan naar een situatie waarin alle soorten en ecosystemen in Nederland duurzaam kunnen blijven voortbestaan. Zo is nog steeds een derde van de Nederlandse dier- en plantensoorten bedreigd. Na een lichte daling sinds 2005 is in 2017 het aantal bedreigde soorten in Nederland weer licht gestegen.
De ruimtelijke, water- en milieucondities zijn nog niet op orde voor duurzaam bestaan van soorten en ecosystemen
De kwaliteit van de Nederlandse natuur wordt in sterke mate bepaald door de ruimtelijke, water- en milieucondities in het Natuurnetwerk Nederland (NNN). Verbeteringen in de natuurkwaliteit zijn het gevolg van het natuur-, water- en milieubeleid dat de afgelopen decennia is ingezet. Zo is met de uitbreiding van het Natuurnetwerk Nederland, de gerichte aanpak van infrastructurele barrières (MJPO) en de aanleg van vispassages, het leefgebied van veel soorten vergroot en is de ruimtelijke samenhang tussen leefgebieden verbeterd.
De betekenis van de meeste groene burgerinitiatieven zit vooral op lokale schaal waarbij ze zich naast natuur (in brede zin), ook op andere sociaal-maatschappelijke doelen richten. Hierin zijn betrokkenheid bij de woonomgeving, actief en gezond blijven en iets voor de maatschappij willen doen, belangrijke motieven (De Boer & Langers 2017).
Groene burgerinitiatieven kunnen steun in de rug van de overheid goed gebruiken
Veel burgerinitiatieven worden gestart door personen met een persoonlijke passie en kennis van het onderwerp, vaak hoger opgeleid en van middelbare leeftijd of ouder. Betrokkenen moeten samen over veel vaardigheden beschikken: sleutelfactoren zijn organiseren, netwerken, leiderschap, doorzettingsvermogen, en het nastreven van dezelfde doelen. Voor de lange termijn zijn capaciteit en financiën van belang.
Sommige initiatieven pakken dat op via meer formele afspraken en organisatievormen zoals oprichting van een stichting.
Overheden kunnen bijdragen aan de continuïteit en succes van burgerinitiatieven door ze te helpen in het verkrijgen van geld, grond, expertise en organiserend vermogen.”
De vraag is welke kant Amsterdam en Groengebied Amstelland uit willen, verdere commercialisering en verstedelijking (meer festivals en horeca) of behoud en versterking van natuur en biodiversiteit. Bouwen, commercie en horeca botsen met de doelstellingen van het NNN. Amsterdam kan niet enkel naar zichzelf kijken en geen rekening houden met omliggende gemeenten en provincies. Het is al ontzettend moeilijk om de kleine NNN-gebiedjes in Amsterdam te vrijwaren van verstedelijking zoals dat in een bufferzone hoort, maar vlakbij het NNN-gebied van Zuidoost is een ware slachting aangericht. Noord-Holland spant de kroon wat vervallen EHS betreft. Hoewel het wat woningbouw betreft nog relatief beperkt is gebleven, omdat het meestal om functiewijzigingen van bestaande gebouwen gaat. Maar de doldrieste intenties van sommige besturen kennen geen grenzen.
Hieronder een kaartje waarop in het rood het NNN rond de Gaasperplas is aangegeven. De blauwe gebieden zijn allemaal uit de EHS gehaald. Reden temeer om ervoor te zorgen dat dit gebied uitsluitend bestemd wordt voor natuur en biodiversiteit. Het zal toch niet de nieuwe ’groene en democratische’ coalitie van Amsterdam zijn die de facto het NNN in deze regio gaat afschaffen!
Compendium voor de Leefomgeving: "Van de ca 994.000 hectare die in 2011 was aangemerkt als EHS, is in 2017 circa 292.000 hectare niet meer aangemerkt als Nationaal Natuurnetwerk (NNN). Deze gebieden geven een veel grotere (12.184) toename van het aantal woningen te zien dan in het NNN. De meeste woningbouw in deze gebieden vond plaats in de periode 2000-2012, toen deze gebieden nog onderdeel waren van de EHS.”
CLO: "Sinds 1994 is de gemiddelde kwaliteit van alle typen landnatuur achteruitgegaan.
Kwaliteit natuur
Uit metingen van een set aan kenmerkende soorten van verschillende ecosystemen blijkt dat vanaf 1994 de gemiddelde kwaliteit van landnatuur is afgenomen. De laatste jaren neemt de gemiddelde natuurkwaliteit van ecosystemen niet verder af maar ook niet duidelijk toe.
Oorzaken van achteruitgang kwaliteit
Ontginningen, landbouwintensiveringen en verstedelijking hebben
geleid tot een afname van het areaal van natuurlijke ecosystemen. De
kwaliteit van overgebleven ecosystemen in Nederland is afgelopen
decennia afgenomen door vermesting, verzuring, verdroging, slechte
waterkwaliteit en het gebrek aan ruimtelijke samenhang.
Sinds 1990 is de milieudruk, zoals bemeten aan emissies en deposities,
afgenomen en zijn ruimtelijke condities verbeterd met de inrichting van
het Natuurnetwerk Nederland. Duurzame condities zijn echter nog niet
bereikt. Doordat milieu- en ruimtecondities niet optimaal zijn, is de
kwaliteit van natuur laag en is er op verschillende plekken zelfs nog
sprake van verdere achteruitgang.”
Daar mogen in steeds toenemender mate als oorzaak de evenementen aan toegevoegd worden.
Volkskrant: "Hongerige insecten gaan een grotere bedreiging vormen voor voedselgewassen
Door klimaatverandering zullen hongerige insecten een groter deel van de belangrijkste voedselgewassen in de wereld verorberen. Vooral de graanproductie in Europa, ook in Nederland, zal worden geraakt, schrijven Amerikaanse wetenschappers in Science. Ze waarschuwen voor voedseltekorten en stijgende voedselprijzen."